‘Jongens en meiden, we gaan nu toch echt zelf aan de slag.’ De rekeninstructie is voorbij en ik geef zoals gewoonlijk de kinderen van groep 5 de opdracht om zelfstandig aan het werk te gaan. Terwijl ik het bord uitwis, gaan de kinderen aan het werk. Vandaag is het werken met deelsommen aan de beurt. Dat is zeker geen gemakkelijke stof voor sommige kinderen.
Als ik klaar ben met het uitwissen, draai ik me eens om. Voor mij zie ik een groep van 23 leerlingen ijverig aan het werk. De ene leerling vliegt door de sommen heen, terwijl de andere met gefronste wenkbrauwen naar de opdrachten kijkt…
Na een paar minuten loop ik een rondje om te controleren of de kinderen de stof begrepen hebben. Hier en daar beantwoord ik een vraag. ‘Wat zijn jullie goed aan het werk jongens!’, zeg ik tegen de klas.
Terwijl ik dat zeg, hoor ik achter mij een zacht gefluister: ‘Ga je straks meedoen met voetbal?’ ‘Nee, daar heb ik geen zin in, ik ga meedoen met slingertik.’ Ik draai me eens om en zie daar twee jongens zo voorzichtig mogelijk fluisteren, in de hoop dat ik ze niet hoor.
Stiekem moet ik er een beetje om lachen. Zo was ik vroeger ook. Ik ga verder met mijn rondje en kom na een minuutje bij de twee jongens. ‘Zo mannen, is het theekransje gezellig?’, fluister ik gekscherend. De jongens kijken mij verbaasd aan: ‘Theekransje? Wat is dat?’, vraagt één van de jongens.
‘Nou,’ zeg ik, ‘dat is een gezellig momentje met thee en koekjes om eens even te kletsen met elkaar.’ De jongens moeten er een beetje om lachen. ‘Nou gezellig toch!’ ‘Dat is zeker heel gezellig, maar volgens mij is het theekransje wel weer voorbij. Ga nu maar weer gauw aan het werk, mannen, zet hem op!’ En zo gaan de jongens weer verder met de rekenles.
Het is een dag later. De helft van de ochtend is inmiddels al voorbij. Er staat alleen nog een spellingles op de planning voordat het pauze is. Na de instructie gaan de kinderen zelfstandig aan het werk. Terwijl ik mijn ronde doe, kom ik langs de jongens die gisteren aan het kletsen waren.
Nu zijn ze wel stil aan het werk. Maar net voordat ik voorbij hen ben, zegt één van de jongens: ‘Meester, wij willen nu weer even een theekransje houden. Doet u ook gezellig mee?’ Met dat ik dit hoor, schiet ik in de lach. ‘Haha, dat zou je wel willen, hè?’ ‘Ah, dat is toch leuk meester.’
‘Nou, stelletje grapjassen, straks is het pauze, dan mogen jullie gezellig een theekransje houden.’ Quasi-teleurgesteld kijken de jongens mij aan. Een paar minuten later zijn ook deze twee jongens weer lekker aan het werk.
Aan het einde van de dag moet ik nog eens terugdenken aan dit moment.
Wat is mijn vak ook mooi, verzucht ik. Die kleine momentjes hebben de kinderen juist zo nodig. Het zorgt ervoor dat de leerlingen weten dat ze gezien worden. En het is niet alleen dat: Het zijn vaak die kleine, speelse momentjes, die het onderwijs net wat extra glans geven!
Open dag: 8 februari 2025
Kennismaken met de opleidingen, studenten en docenten van Driestar hogeschool? Je bent van harte welkom op de open dag in Gouda!
Meld je nu aan