
Een grote map met verkeersborden ligt open op de bank. Daarnaast zit mijn jongste zoon, een toepasselijke website geopend op de laptop. Vandaag theorie-examen. Heeft ‘verkeer’ nog iets te maken met het christen-zijn?
Als ik afga op wat er geleerd moet worden niet. Of beter, het lijkt van niet. Want het betreft puur het uit het hoofd leren van borden en regels wat wel mag en vooral ook wat niet mag in bepaalde situaties. En dat is toch voor iedereen hetzelfde. Stel je voor, alle christenen rijden rechts (hoofdregel) en de rest links. Wij rijden door bij een roodomrand bord en de rest stopt.
Of is het anders, heeft verkeer wel iets te maken met christen-zijn, zou het in elk geval anders moeten zijn? Bijvoorbeeld omdat regels met gezag en gehoorzaamheid te maken hebben – ook als het stoplicht lang op rood staat. Bijvoorbeeld omdat zorg voor de ander en jezelf ook blijkt (of niet juist) als je fietst. Bijvoorbeeld omdat je iemand voorlaat, ook al heb je alle recht van de wereld om zelf eerst te gaan.
Moet je dan overal de Bijbel bij slepen? Niet aan de haren – maar ik zou die vraag liever omdraaien. Is het dan niet zo dat Gods Woord het hele leven bestrijkt? Wat zou het antwoord zijn op de vraag of je God ook kunt dienen op je fiets, gewoon als leerling van groep 7 die de verkeersborden heeft geleerd?
De setting waarin verkeerslessen worden gegeven, evenals alle andere lessen en vakken, doet iets. Hoor en leer er meer over tijdens het symposium christelijk leraarschap, waar we de lespraktijk centraal stellen.