‘Mevrouw, ik heb geen pen.’ Jasper ontwijkt mijn blik wanneer ik een pen op zijn tafel leg. Als ik twee minuten later zijn kant opkijk, liggen de strafregels en de pen nog steeds onaangeroerd op tafel. Jasper staart uit het raam. Ik zeg niets en begin met de voorbereiding voor de les van de volgende dag.
Na nog zo’n vijf minuten stilte en uit het raam staren, barst Jasper los. ‘Mevrouw, ik vind het echt heel oneerlijk en ik ben boos op u.’
Ik kijk op van mijn laptop en kijk Jasper even aan. ‘Ja echt, ik snap niet waarom ik straf heb.’ Ik klap mijn laptop dicht en trek een stoel onder de tafel vandaan. Ik ga voor Jasper zitten en kijk hem aan. Alleen dit is al genoeg om de bom te laten barsten. ‘Ik krijg altijd straf en de docenten mogen me niet, daarom mag ik hen ook niet meer. En straf helpt gewoon niks, want die straf doe ik toch niet.’
Een beetje beschaamd door zijn uitbarsting kijkt Jasper weg. Verrast door zijn onverwachte openheid kijk ik naar Jasper. Na een korte stilte vraag ik hem wat hij hiervan vindt. Hij blijft even stil. Vervolgens vertelt hij dat hij het helemaal niet leuk vindt. En dat hij ook helemaal niet altijd wil praten in de les maar dat hij zo snel afgeleid is. ‘En wanneer die andere jongens praten, ga ik toch niet luisteren, mevrouw? Dat is dan toch niet leuk?’ Ik hoor dat er al een afspraak is gemaakt om extern hiermee aan de slag te gaan, maar daar heeft Jasper niet zoveel zin in. ‘Ik ga liever gewoon een middagje thuis knutselen in de schuur.’
Even mag ik in zijn hoofd een kijkje nemen, wat proeven van zijn onzekerheid, van de groepsdruk die er toch ook in deze leuke klas is. Samen kunnen we het even hebben over zijn volle hoofd, over alles waarover hij nadenkt, over al die dingen die ervoor zorgen dat zijn concentratie wegebt.
Wanneer ik hem vertel dat mijn spanningsboog ook niet zo groot is en wanneer ik wat vertel over mijn lange collegeavonden waar ook mijn concentratie wegvliegt, zie ik hem wat rechterop gaan zitten. Ik zie dat hij dit niet had verwacht, dat ook docenten hier last van kunnen hebben. ‘Maar mevrouw, wie gaat er dan ook studeren voor docent Nederlands, dat moet u ook gewoon niet doen.’ Lachend kijk ik hem aan.
We praten nog even door en wanneer hij de deur uitloopt, roep ik Jasper nog even terug. ‘Ben je nog boos?’ Hij kijkt me met een glimlachje aan en schudt zijn hoofd. ‘Tot ziens, mevrouw!’
En ook al was dit zeker niet mijn intentie toen ik Jasper straf gaf, dankbaar ben ik wel voor dit gouden halfuurtje waarin Jasper mij even in zijn hart liet kijken. Dit zijn de momentjes waarvoor ik docent ben geworden.
Willemijn Kok is eerstejaarsstudent leraar Nederlands.
Open dag: 8 februari 2025
Kennismaken met de opleidingen, studenten en docenten van Driestar hogeschool? Je bent van harte welkom op de open dag in Gouda!
Meld je nu aan