'Als meester is geen dag hetzelfde, dat maakt het vak zo leuk'

‘Mijn keuze voor het onderwijs was niet vanzelfsprekend. Lange tijd wist ik niet wat ik wilde worden. Toen ik in havo-4 zat, ging ik op aanraden van mijn ouders naar een open dag van Driestar hogeschool. 

Ik voelde me meteen thuis! Driestar hogeschool staat goed bekend en het is een christelijke school. Dat vind ik belangrijk.   

Ik heb bewust gekozen voor de blokvariant van de opleiding. We krijgen eerst een aantal weken colleges en gaan daarna de praktijk in voor een stageperiode van drie weken. 

Dankzij de blokvariant heb ik momenten waarin ik van het studentenleven kan genieten. Ik woon op de hoogste etage, 7UVEN, de mannenetage, in de flat naast Driestar hogeschool. 

Het is daar altijd gezellig, waardoor het soms wel lastig is om je bezig te houden met opdrachten en de leerstof. Daarom werk ik tegenwoordig op de hogeschool aan opdrachten. Gouda is een leuke studentenstad. Ik ben lid van een studentenvereniging en ga regelmatig met wat mensen op een terrasje zitten in de stad om bij te praten.  

Beurtenstokjes  

De persoonlijke begeleiding op de hogeschool is goed. Als ik ergens mee zit of een vraag heb, staan de docenten altijd klaar. Ze kennen je goed en zijn betrokken. 

Tijdens de colleges behandelen we theorie die je kunt toepassen tijdens je stageweken. Zo herinner ik me een college waar we leerden om gesprekken te voeren met kinderen. 

Het gaat om luisteren, samenvatten en doorvragen. Ik besloot dit uit te proberen toen ik een van mijn stagekinderen persoonlijk sprak. Ik merkte meteen dat dit werkt! Ik kwam er goed achter wat het kind dacht en voelde. 

Uit een van de colleges leerde ik om originele leermiddelen te gebruiken, zoals beurtenstokjes. Je schrijft de namen van de kinderen op een ijslollystokje en als je dan een beurt moet geven, trek je er een van de stokjes uit. 

Natuurlijk komt het weleens voor dat een van de kinderen niet goed oplet. Dit is een goede manier om de aandacht vast te houden tijdens de les. Ook is er de mogelijkheid om hun beurt door te geven aan hun buddy. 

Zo was er een jongen tijdens mijn stageperiode die het antwoord niet wist. Hij kon toen het stokje doorgeven aan zijn buddy, die het antwoord wel wist. Het is mooi om te zien hoe de kinderen elkaar helpen! 

Lachende leraar  

Ik heb in verschillende groepen stagegelopen. Vooral oudere kinderen hebben mijn hart. Daar zie ik de meeste uitdaging. De stof is moeilijker, waardoor je jezelf er ook in moet verdiepen en je kunt bij oudere kinderen meer op je eigen niveau praten.  

Als ik me voorstel, vertel ik de kinderen meteen dat ik van grapjes houd, maar dat het soms ook genoeg is. Dat typeert mij wel, ik gebruik veel humor in mijn les. Ik floep er soms zomaar iets uit en dat zorgt dan voor een lachmoment.

Ik houd ook erg van raadsels en moppen en vertelde er een paar in groep 7/8. Je merkt dat de leerlingen dat leuk vinden. De Belgenmoppen doen het bijvoorbeeld altijd goed. 

Op een gegeven moment kwamen er meiden naar me toe en ze vroegen of ze ook een raadsel aan mij mochten vertellen. Ik wist het antwoord niet gelijk, maar gelukkig mocht ik er een dag over nadenken. Dit soort dingen zorgen voor gezelligheid in de groep.  

Goede keus 

Ik denk dat je pas echt begrijpt hoe leuk het is als je zelf voor de klas staat. Als ik een verhaal vertel, zie ik alle kinderogen op me gericht en heb ik volledig de aandacht. 

In het onderwijs zit ik op mijn plek, dat merk ik elke dag. Meesters zijn zeldzamer aan het worden in het onderwijs. In de bovenbouw zie je gelukkig nog wel veel meesters. Ik doe mijn best om een goede meester te worden! Juist die zijn hard nodig in het onderwijs!’