Gideon Samson won de Gouden Griffel met Zeb., een bijzonder jeugdboek. Ik vraag me af of onze pabostudenten en alumni het lezen en probeer me voor te stellen wat ze ervan vinden. Wie waardeert Zeb. en wie niet?
Een paar weken geleden las ik in dagblad Trouw dat Gideon Samson ervan droomde: de Gouden Griffel winnen. Het is hem gelukt: Zeb. promoveerde van zilver naar goud.
In Zeb. vertelt een groep kinderen de wonderlijke verhalen die zich bij hen thuis en in de klas afspelen. Saillant detail: een van hen is een zebra. Dergelijk absurdisme maakt Zeb. tot een bijzonder boeiend verhaal. De jury typeerde het verhaal als hyperorigineel en oergeestig en oordeelde: ‘de elf strak geschreven hoofdstukken lopen moeiteloos in elkaar over en vallen in een machtig raamwerk wonderwel ineen. Hoe bizar het ook wordt, Samson slaagt erin om zonder verklaring, oordeel, of nodeloze uitleg te vertellen.’ Een zebra in de klas… Wat gebeurt er met deze bijzondere leerling en haar (ja, Zeb. is een meisje) medeleerlingen?
In Trouw vertelde Samson dat hij vroeger het boekje Ida stak een zebra over (1987) van Nicolaas Matsier gelezen had en dat hij daardoor inspiratie had gekregen voor Zeb. Matsier vind ik een geweldig stilist; in mijn boekenkast staat ook het dunne kinderboekje Ida. Als Ida een zebra oversteekt, wordt ze bijna aangereden. Dan schrikt ze zich een hoedje, wat haar op het idee brengt een hoedenwinkel te beginnen. Ze probeert opnieuw te schrikken om de verzameling hoofddeksels uit te breiden. Erg humoristisch, dit spel met figuurlijk taalgebruik.
Hoe werkt dat in ons hoofd? Van alles wat we horen, zien en lezen worden in de hersenen verbindingen aangelegd. Dit enorme netwerk groeit voortdurend. Als Samson een zebra ziet, herinnert hij zich Ida weer – en het plezier om die hoedjes. En dat leidt uiteindelijk tot zijn eigen bekroonde Zeb. Er zijn veel meer voorbeelden van schrijvers die in hun kindertijd bepaalde verhalen hebben gehoord die indruk maakten en soms decennia later het schrijven van hun eigen romans beïnvloedden.
Samson zal een andere boekenopvoeding en leesontwikkeling hebben doorgemaakt dan een doorsnee pabostudent van Driestar hogeschool. Daarom ben ik benieuwd of onze pabostudenten en alumni Zeb. kunnen waarderen. Ik zou graag een e-mail krijgen van lezers die in enkele zinnen hun mening over het boek geven. Eén geruststelling kan ik bij voorbaat geven: de Bond tegen vloeken heeft in zijn recent verschenen juryrapport van bekroonde boeken vastgesteld dat Zeb. geen grove taal bevat. Dat is goed nieuws.